De doelen die in deze module behandeld worden sluiten aan bij de ‘CED-Leerlijn Schriftelijke Taal voor ZML en SO’, en bereiden voor op de leerlijn 1Fundamenteel van de commissie Meijerink. De contexten sluiten aan bij de belevingswereld van de leerling, de opdrachten gaan uit van de dagelijkse situaties waarmee de leerling doorgaans in aanraking komt.
In deze module worden de volgende doelen behandeld:
Woorden met f en v
Woorden met s en z
Woorden met -ng en -nk
Woorden met sch(r)
Woorden met een tussenklank
Verkleinwoorden op -je en -tje